Wassen

Wassen

Scheerkwast

Scheerkwast.

Aan boord, in de goederenwagons en tijdens de voettocht op de heenreis is er geen gelegenheid om te wassen. De voorzieningen in de werkkampen zijn vaak minimaal. Aan alles is tekort, dus ook aan (scheer)zeep. In Wolfheze zijn een aantal mannen ondergebracht in een gebombardeerd gebouw zonder water. Om zich te wassen smelten ze sneeuw op de kachels. In de kampen is kleding schoonhouden nauwelijks mogelijk, als de mannen maar één stel kleding hebben. Soms moeten de kleren worden uitgekookt in dezelfde pannen waarin ook het eten wordt bereid.

Henk Nuis in zijn dagboek:
‘Achter een deur bevinden zich in één ruimte een zestal douche’s. Al is het geheel wat primitief en heel iets anders, dan wij in Rotterdam gewend zijn, we kunnen ons heerlijk baden en dat is het voornaamste.’
‘Op het stationnetje is een pomp. We hebben ons al in geen dagen kunnen wassen, dus gaan er velen naar de pomp om zich eens wat te verfrissen. Al spoedig worden we de trein weer ingejaagd. Wat nu? Is dat nu ook al weer teveel? Mogen we ons nu ook al niet meer wassen?’

Joost Roeland

Joost Roeland. (Museum Rotterdam ’40 – ’45 NU)

Tot november 1944 is Joost Roeland leraar Duits op het Erasmiaans Gymnasium. Na de razzia wordt hij tewerkgesteld in Kamp Amersfoort. Hoewel de hygiëne slecht is, heeft hij het hier relatief goed. In het begin moet hij nog stellingen bouwen en plaggen steken. Op de foto, genomen in mei 1945, is hij weer terug in Rotterdam en lid geworden van de Landelijke Knokploegen.

Joost Roeland in een brief aan zijn vrouw:
‘Gelegenheid om te wassen is er voorlopig niet.’