Herinneringen

Herinneringen

Koffer van W. Langstraat

Tijdens de razzia doet meneer W. Langstraat zijn spullen in deze koffer. Hierop schrijft hij alle plaatsen waar hij moet werken. (Museum Rotterdam ’40 – ’45 NU)

Voor de meeste mannen is het moeilijk om zo lang van huis te zijn. Ze missen hun vrouwen, familie en vertrouwde omgeving in de stad. Duitsland of het oosten van Nederland is in 1944 nog heel ver van huis. In die tijd gaan mensen bijna nooit op vakantie en helemaal niet naar het buitenland. Velen hebben ook nauwelijks iets bij zich, alleen herinneringen, zoals een foto of een brief. Een aantal mannen houdt een dagboek bij. Dit geeft een beeld van de gebeurtenissen ter plekke, maar ook het gemis van hun dierbaren lees je tussen de regels door.
T.P. de Jongh

De heer De Jongh.

Lena en Beppie in hun dagboek:
‘Ik zei dat we brieven van de jongens bij ons hadden, of het soms beter was die weg te doen. Dat vond hij beter. Dus liepen we bij onze lijfwacht de brieven en adressen te verscheuren, waar we kwaad mee konden. Dat was erg zonde natuurlijk. Ook het dagboek ging eraan. Maar ’t kon niet anders; niets aan te doen.’


T.P. de Jongh heeft in Rotterdam pianoles gehad en vertelt aan de vrouw van de burgemeester van München, dat hij concertpianist wil worden.